Dhr. J.W. Ringelenstein - Oorlogsslachtoffers uit Betuwe-West

Oorlogsslachtoffers uit gemeenten Buren, Culemborg en West Betuwe
Oorlogsslachtoffers West- Betuwe
Ga naar de inhoud

Dhr. J.W. Ringelenstein

Gemeente West Betuwe > Burgerslachtoffers > Enspijk
Achternaam: Ringelenstein
Tussenvoegsels: van
Voornamen: Johannes Willem
Voorletters: J.W.
Beroep: Bakker
Geboorteplaats: Enspijk
Geboortedatum: 31-07-1917
Overlijdensplaats: Dortmund
Overlijdensdatum: 13-11-1944
Begraafplaats: Nederlands ereveld Loenen
Gemeente: Apeldoorn (ereveld)
Provincie: Gelderland
Vak: E
Nummer: 484

Bron foto graf: OGS
De ouders van Johannes Willem waren bakker Gijsbertus Jan Willem van Ringelenstein (1883-1978) uit Almkerk en Johanna Cornelia van Overhagen  (*1889) uit Hoogblokland. Ze kregen in Deil samen acht kinderen:
  • Gerrit (*1915)
  • Jan Willem (*1916)
  • Gloria  (*1917)
  • Johannes "Jo" Willem (*1918)
  • Trijntje  Johanna Cornelia (*1921)
  • Aalbert Pieter (*1923)
  • Gijsbert Jan Willem (*1925)
  • Nicolaas (*1928)

In de oorlog werden Nederlandse mannen en jongens vanaf 16, 17 jaar  opgeroepen om in Duitsland te werken; sommigen voor de ‘Arbeitseinsatz', zij kwamen in werkkampen terecht; anderen als ‘Zivilarbeiter', zij kwamen in dienst van particuliere bedrijven.

Jo  van Ringelenstein (Bron: W. Bronk en S. den Hartog)

Het gezin van bakker Van Ringelenstein uit Enspijk telde zes zoons en twee  dochters. Jo, de vierde in de rij en 24 jaar oud, en Aalbert, het zesde kind, 19  jaar oud, vertrokken in 1942 naar Duitsland. Aaldert moest werken voor de Arbeitseinsatz, in een werkkamp bij Dortmund, Jo werd tewerk gesteld als Zivilarbeiter in een bakkerij in Hagen bij Dortmund. Jo was eigenlijk het beste  af. In feite deed hij het werk dat hij thuis ook deed: helpen in de bakkerij en brood bezorgen. Hij had een eigen kamer, hield per post contact met thuis.   Hij  kwam zo nu en dan met verlof en nam dan voor het Duitse gezin weer koffie en  andere levensmiddelen mee uit Nederland. En misschien had het zo wel tot het  einde van de oorlog door kunnen gaan. Maar er gebeurde iets anders. Jo luisterde  naar de Engelse radio, wat natuurlijk streng verboden was. De berichten die hij  ontving over het verloop van de oorlog wilde hij doorgeven aan de Nederlandse  jongens in de kampen. Hij deed dat door die berichten op briefjes te schrijven  en die briefjes te verstoppen in de broden. Door de broden waarin de briefjes  verstopt zaten te merken, kon hij die op het goede adres afleveren. Op een  gegeven moment kwam zijn sabotagedaad aan het licht. Sindsdien is niets meer van  hem vernomen. Zijn laatste bericht was uit 1943.

Toen hij na de bevrijding nog  steeds niet thuis kwam, is de familie op onderzoek uitgegaan. Via via is toen duidelijk geworden dat hij in een strafkamp in Dortmund heeft gezeten, waar hij heeft moeten werken aan het uitbikken van tramrails. Een mevrouw uit Hagen, die Jo nog kende uit de tijd dat hij bakkersknecht was, heeft hem daar vaak aan het werk gezien. Jo moet van uitputting gestorven zijn. Pas in 1946 was de familie zeker van zijn overlijden en kon
de rouwkaart verstuurd worden. Die mevrouw uit Hagen heeft later zijn broers geholpen bij hun zoektocht naar het graf van Jo. In 1954 hebben ze zijn graf gevonden op een grote begraafplaats in Dortmund. Het was niet meer dan een paaltje met het nummer 156. De familie heeft er toen een echt graf van gemaakt door een plankje met zijn naam. Later is het lichaam van Jo overgebracht naar het ereveld in Loenen.
De 40er jaren waren zware jaren voor de familie van Ringelenstein, Aaldert kwam wel terug, maar zijn gezondheid had blijvende schade opgelopen; hun 7e kind, Gijs, diende in Nederlands-Indië, waar hij het bericht van het overlijden van Jo ontving en de jongste zoon Nico zou als soldaat naar de West (Curaçao) gestuurd worden. Dit laatste is uiteindelijk niet doorgegaan.

Bron: informatiebulletin Monument Enspijk
Terug naar de inhoud